Ongeveer anderhalf jaar geleden is de Commissie in samenwerking met de koepelorganisaties gestart met de evaluatie van de tekst en werking van de Gedragscode Hoger Onderwijs. Hiervoor is dankbaar gebruik gemaakt van de input en suggesties uit het veld. Daarnaast is het functioneren van de Commissie, registerbeheerder, het secretariaat en de koepelorganisaties geëvalueerd. Om te kunnen waarborgen dat dit onderdeel zo objectief mogelijk zou worden uitgevoerd is deze opdracht belegd bij een extern adviseur, te weten Victor Rutgers van Victor Rutgers Consulting. Rutgers heeft het functioneren van, de verantwoordelijkheden en de onderlinge verhoudingen tussen deze partijen geanalyseerd, alsmede de rol van internationale studenten en de ministeries van OCW en J&V en de IND bij de Gedragscode. Het onderzoek van Rutgers heeft geleid tot een aantal waardevolle aanbevelingen, die in zijn geheel zijn bekrachtigd door de koepelorganisaties en de Commissie. De uitkomsten van de evaluatie, inclusief de aanbevelingen van Rutgers, zijn door de werkgroep, die bestaat uit vertegenwoordigers van de koepelorganisaties en het bureau van de Commissie, uitgewerkt in een tekstvoorstel voor de Gedragscode. De beleidsadviseurs van de ministeries van OCW en J&V en de IND hebben de werkgroep geadviseerd over de bepalingen die raakvlakken vertonen met de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (hierna Whw) en/of de Vreemdelingenwet- en regelgeving. Het tekstvoorstel is vervolgens besproken en met in achtneming van een aantal relatief kleine wijzigingen vastgesteld in de besluitvormingsgremia van de koepelorganisaties en de Commissie. De nieuwe Gedragscode zal per 1 oktober 2022 in werking treden, rekening houdend met de start van de werving voor het volgende studiejaar. De nieuwe tekst zal zo spoedig mogelijk worden verspreid via de koepelorganisaties en Commissie. Daarnaast wordt de tekst op de website Gedragscode gepubliceerd.
Graag praten we u in dit artikel bij over een aantal van de wijzigingen die zijn doorgevoerd in de tekst van de Gedragscode.
Informatievoorziening – paragraaf 2
De informatievoorziening aan (aankomende) internationale studenten is een van de thema’s die is vastgelegd in de Gedragscode. In de Gedragscode wordt verondersteld dat studenten alvorens zij naar Nederland komen om te studeren een duidelijk beeld moeten hebben waar zij aan beginnen. Het gaat daarbij niet alleen om de keuze voor een opleiding, maar ook om de randvoorwaarden die van toepassing zijn op het studeren. Het is van belang studenten goed voor te bereiden en te zorgen dat hun verwachtingen zo goed mogelijk aansluiten bij de praktijk. In het kader van de evaluatie is gesproken met internationale studenten over welke onderwerpen zij in de paragraaf informatievoorziening missen. De onderwerpen die zij hebben aangedragen zijn: de situatie op de Nederlandse huizenmarkt, het afsluiten van een zorgverzekering en het openen van een Nederlandse bankrekening. Deze onderwerpen zijn toegevoegd aan paragraaf 2 van de Gedragscode. De Commissie zal deze onderwerpen meenemen in haar eerst volgende periodieke onderzoek naar de informatievoorziening via de websites van de onderwijsinstellingen.
Agenten – paragraaf 3
Paragraaf 3 van de Gedragscode gaat over de samenwerking tussen onderwijsinstellingen en agenten. Deze paragraaf is uitgebreid met bepalingen die moeten bijdragen aan duurzame samenwerking met de agent. Er is onder andere een apart artikel opgenomen over de onderwerpen die in een contract tussen de onderwijsinstelling en agent moeten worden vastgelegd. Een goed contract creëert de randvoorwaarden voor de samenwerking en bevat kwalitatieve waarborgen. Het uitgangspunt is dat de relatie met de agent duidelijk moet zijn omschreven, evenals de verdeling van taken, rollen en verplichtingen. Bovendien moet de samenwerking worden onderworpen aan een periodieke evaluatie.
Private aanbieders voorbereidend onderwijs – paragraaf 4
Er is een nieuwe paragraaf toegevoegd aan de Gedragscode over private aanbieders van het voorbereidend onderwijs. In deze paragraaf zijn de van toepassing zijnde aanbevelingen verwerkt die de Commissie heeft geformuleerd in het onderzoeksrapport Voorbereidend Jaar 2020. Het gaat in het bijzonder om het structureren van de samenwerking tussen private aanbieders en onderwijsinstellingen aan de hand van een plan en de waarborging van de kwaliteit van het voorbereidend onderwijs aan de hand van een kwaliteitszorgsysteem. Voorbereidend onderwijs als zodanig valt immers buiten de Whw en kan om die reden dan ook niet worden geaccrediteerd. Kwaliteitsborging is om die reden dan ook noodzakelijk.
Geaccrediteerd onderwijs – paragraaf 6
Paragraaf 6 bevat een bepaling over de kwaliteit van het onderwijs dat wordt aangeboden aan internationale studenten. Deze bepaling schrijft voor dat onderwijs dient te zijn geaccrediteerd door de NVAO, ofwel door een buitenlandse accreditatieorganisatie. Deze bepaling is in lijn gebracht met artikel 15 eerste lid, sub c, van de Whw over de mogelijkheid tot het verlenen van buitenlandse graden in Nederland. Hierbij moet worden opgemerkt dat dit artikel nog nader dient te worden uitgewerkt door het ministerie, en dat tot die tijd vastgehouden wordt aan de huidige praktijk van de Gedragscode. Concreet betekent dit dat de lijst met buitenlandse accreditatieorganisaties, gehandhaafd blijft tot de term buitenlandse wettelijke regeling nadere invulling heeft gekregen.
Daarnaast is aan dezelfde paragraaf een alinea toegevoegd waarin wordt omschreven onder welke voorwaarden voorbereidend onderwijs mag worden aangeboden. Hierin is ook benoemd dat voorbereidend onderwijs niet mag worden aangeboden in combinatie met een Numerus Fixus opleiding.
Periodieke herbeoordeling – Paragraaf 8
In paragraaf 8 is een nieuwe bepaling opgenomen die voorziet in een beoordeling door de Commissie of de onderwijsinstelling na zes jaar te zijn opgenomen in het register nog voldoet aan de voorwaarden van de Gedragscode. Er wordt getoetst op drie onderdelen: publicatie van de Gedragscode op de website van de onderwijsinstelling, de taaltabel en het accreditatievereiste. Deze nieuwe bepaling is bedoeld om het register actueel te houden en naleving te waarborgen.
Inrichting internationale studenten adviesraad – paragraaf 9
In paragraaf 9 van de Gedragscode is de basis gelegd voor de inrichting van een internationale studenten adviesraad. Aanleiding voor deze raad vormt de wens van de Commissie het perspectief van internationale studenten beter te kunnen betrekken in haar werkzaamheden. Daarnaast is het ook een van de aanbevelingen van Rutgers’ advies. Het doel van de adviesraad is een directe lijn te creëren tussen de Commissie en de internationale student. Ook kan de adviesraad een positief effect hebben op de bekendheid van de Gedragscode onder internationale studenten. De studenten adviesraad kan de Commissie gevraagd en ongevraagd adviseren over alle zaken die tot het werkgebied van de Gedragscode behoren. De Commissie zal de adviesraad ook betrekken bij haar onderzoeken naar informatievoorziening om het studentenperspectief te kunnen verwerken in haar rapporten. De Commissie verwacht hier mee tot waardevolle aanbevelingen te kunnen komen die leiden tot een verbeterslag in de informatievoorziening door de onderwijsinstellingen.
Het directeurenoverleg – paragraaf 10
Eveneens voortkomend uit de aanbevelingen van Rutgers is de installatie van het zogeheten directeurenoverleg, waarin de verantwoordelijke directeuren van de koepelorganisaties van de voorzitter van de Commissie deelnemen. Het directeurenoverleg komt samen op verzoek van een van de koepelorganisaties of de Commissie en bespreekt onderwerpen waarover discussie bestaat. Ook kunnen Gedragscode gerelateerde zaken worden voorgelegd waarover een gezamenlijk standpunt moet worden ingenomen.
Maar we zijn er nog niet.. herziening taaltabel – paragraaf 5
Hoog op de prioriteitenlijst met te herziene bepalingen staat de tabel waarin de verplichte taaltesten zijn opgenomen die in het kader van de Gedragscode worden geaccepteerd. De koepelorganisaties hebben verschillende aanvragen ontvangen van taaltestaanbieders om op te worden genomen op de lijst, als ook verzoeken van onderwijsinstellingen om de tabel te actualiseren. Het was oorspronkelijk de bedoeling om de herziening van de tabel mee te nemen in het reguliere evaluatieproces. Ondanks vele inspanningen is dit helaas niet gelukt. Het proces dat we nodig hebben is uitgedacht en behelst het volgende: 1) het ontwerpen van een beoordelingsproces, 2) het opstellen van objectieve criteria op basis waarvan de taaltesten kunnen worden beoordeeld 3) de inrichting van een expert panel. De uitvoering heeft echter vertraging opgelopen. De zoektocht naar een onafhankelijke, deskundige partij die deze stappen kan uitwerken en begeleiden is moeizaam gebleken. Het positieve nieuws is dat de koepelorganisaties en Commissie inmiddels ver gevorderd zijn in de gesprekken met een onafhankelijke adviesorganisatie. De verwachting is dat de herziening van de taaltabel zal leiden tot een extra wijziging van de tekst van de Gedragscode. We zullen u hierover tijdig informeren en houden u via de website van de Gedragscode en de beleidsadviseurs van de koepelorganisaties op de hoogte van de voortgang.
De diplomalijst
Ook de diplomalijst, het document dat voorziet in de mogelijkheid om studenten uit te zonderen van de verplichting een taaltest Engels af te leggen, wordt geëvalueerd. De diplomalijst is een apart document waarnaar in de Gedragscode wordt verwezen. Het document wordt in een afzonderlijke procedure geëvalueerd. De coördinatie hiervoor ligt primair bij de koepelorganisaties. Er zijn verschillende suggesties aangeleverd door de onderwijsinstellingen om bepaalde diploma’s toe te voegen aan de lijst. Deze suggesties worden in samenwerking met Nuffic en een team van docenten nader geanalyseerd. Het gaat daarbij om het eindniveau Engels dat verondersteld wordt te zijn behaald bij voltooiing van de opleiding. De diploma’s zullen op basis hiervan al dan niet worden toegevoegd aan de diplomalijst.
Voor nieuwe ontwikkelingen over de taaltabel en diplomalijst zullen we u onder meer op de hoogte houden via deze nieuwsbrief. Heeft u in de tussentijd vragen over de taaltabel of de nieuwe versie van de Gedragscode? Dan kunt contact opnemen met de verantwoordelijke beleidsadviseur van uw koepelorganisatie, in het geval uw onderwijsinstelling niet wordt vertegenwoordigd door een koepelorganisatie kunt u contact opnemen met het bureau van de Commissie via info@internationalstudy.nl.